Vanuit de invalshoek criminaliteit is het onderzoek specifiek gericht op, maar niet beperkt tot, cyberpesten, computerfraude, de bescherming van kwetsbare personen op internet, de bestrijding van haatzaaiende en terroristische misdrijven op internet en het juridische kader voor databanken voor strafrechtelijke doeleinden.

Vanuit het oogpunt van veiligheid wordt vooral onderzoek gedaan naar de drie belangrijkste teksten op dit gebied: de RGPD, de "NIS"-richtlijn en de Cybersecuritywet. Leden van de cel werken ook aan het H2020 SPARTA project.

Vanuit het oogpunt van surveillance wordt het onderzoek doortrokken van de zorg om een evenwicht te vinden tussen vier fundamentele waarden - geheimhouding, transparantie, veiligheid en vrijheid - in een tijd waarin massasurveillance terrein wint en staten niet de enigen zijn die een bedreiging vormen voor de privacy van burgers. In deze context worden de vooruitzichten geanalyseerd die klokkenluiden biedt in termen van waakzaamheid. De leden van de eenheid kijken ook naar de proliferatie van rapportage en samenwerkingsverplichtingen met het oog op een betere bestrijding van bepaalde vormen van criminaliteit en het vergroten van het gevoel van veiligheid (ten koste van het gevoel van vrijheid van burgers).

Op het snijvlak van deze drie assen bevindt zich een gemeenschappelijk onderzoeksthema: de datalekken. Het thema wordt vanuit verschillende invalshoeken geanalyseerd (meldingsplicht, beveiligingsvereisten, hacken, ethisch hacken, schending van het beroepsgeheim, uitbreiding van de vrijheid van meningsuiting, klokkenluiden, enz.) Welke verplichtingen heeft een bedrijf of overheidsinstantie in het geval van een datalek? Welke maatregelen schrijft de wet voor om datalekken te voorkomen? Welke grondrechten worden mogelijk geschonden in het geval van een datalek? Hoe reageert het strafrecht op datalekken? Wat is de juridische status van ethische hackers? Waarin verschillen zij van klokkenluiders?