Het onderwijs van talen voor specifieke doeleinden is een onderzoeksdiscipline op zich, op het kruispunt van verschillende gebieden van de taalkunde (bijv. corpuslinguïstiek en sociolinguïstiek), didactiek en psychologie. De School voor Moderne Talen streeft ernaar haar beroepspraktijk op een hoog kwaliteitsniveau te positioneren en waarborgt onderzoek naar de didactiek van talen voor specifieke doeleinden om innovatief onderwijs te voeden dat voldoet aan de behoeften van de academische gemeenschap en de samenleving.
Lopende wetenschappelijke projecten
L'initiation à l'anglais scientifique - Natassia Schutz en Aude Hansel
Volgens het CEFR is niveau B2 vereist voor wetenschappelijk discours, maar in Franstalig België wordt eerder gestreefd naar niveau B1 aan het einde van het secundair onderwijs. De vroege introductie van wetenschappelijk Engels op de universiteit druist in tegen de onderwijsprincipes van Vygotski (1978). Onderzoek toont aan dat het aanbieden van te geavanceerde inhoud contraproductief kan zijn en studenten kan ontmoedigen. Het is echter niet ideaal om dit leren uit te stellen tot het einde van de cursus, omdat het noodzakelijk is vanaf het begin van het disciplinaire werk. In deze context hebben we verschillende programma's ontwikkeld om studenten kennis te laten maken met schriftelijk (door middel van het schrijven van samenvattingen) en mondeling wetenschappelijk Engels (zie de It's Not Rocket Science-wedstrijd), waardoor studenten worden blootgesteld aan wetenschappelijk Engels op B1-niveau.
Onze onderzoeken richten zich met name op:
- het academische register en de linguïstische elementen die op B1-niveau aan bod kunnen komen
- motivatie en het belang van taakauthenticiteit
- het initiëren van digitale vaardigheden
- de rol van de docent en het belang van interdisciplinaire samenwerking
Eerdere wetenschappelijke projecten
Autonomie van universiteitsstudenten: zelfregulerend leren - Mireille Houart en François-Xavier Fiévez
Er werd een gezamenlijk onderzoek uitgevoerd om pedagogische activiteiten te ontwerpen, gebaseerd op een model ter ondersteuning van zelfregulerend leren, in de context van onderwijs Engels in een 'flipped classroom'. In deze context heeft leren zowel betrekking op effectief studiebeheer (tijd, middelen, wil...) als op het leren van Engels (schrijven, onthouden...).
Vind meer informatie over het UNamur-onderzoeksportaal
COBRA-project - Guy Deville
CoBRA (Corpus Based Reading Assistant) is een interactief hulpmiddel bij het lezen van teksten in vreemde talen (Engels en Nederlands) voor Franstalige leerlingen van alle niveaus. De leesmodule CoBRA kan worden geïntegreerd in het WebCampus-platform (Moodle). CoBRA ontving de e-@ward in de categorie "leerkrachten" op het 5e Forum des Technologies de l'Information et de la Communication in 2010 (onder de vorige naam E-Lex).